De opleiding Ambtenaar Bouw- en Woningtoezicht is een zeer gewaardeerde opleiding bij gemeentes, maar ook bij cursisten. “Bij deze opleiding is het heel prettig dat je linkjes kunt leggen met de praktijk, dat maakt het een stukje makkelijker. Het is een hele praktische opleiding, omdat wat ik leerde ik de volgende dag kon toepassen”, zegt Jente de Vries, Vergunningverlener Bouw bij de gemeente Hattem.
Jente de Vries begon zeven jaar geleden bij de gemeente Hattem als burgerlid van de welstandscommissie. “Bij het bespreken van een aanvraag huurt de gemeente het Gelders genootschap in en naast de rayonarchitect zit er ook altijd een burgerlid bij. Er wordt in zo’n commissie natuurlijk in vakjargon gepraat en soms peilde ik dan even of de aanvrager ook begrepen had wat er gezegd werd. Maar je zit daar ook omdat je Hattem kent en kunt beoordelen of een bepaalde oplossing ergens wel of niet past.”
Na zes jaar, de maximale termijn, kwam daar een einde aan. Toen er een vacature vrijkwam voor een ambtenaar Bouw- en Woningtoezicht heeft Jente gesolliciteerd. “Ik heb met mijn hts Bouwkunde tenslotte een bouwkundige achtergrond en vanuit de welstandscommissie kende ik ook al een heleboel plannen. Zo ben ik doorgeschoven richting vergunningverlening. Wel met de verplichting om de ABW 1 te gaan volgen. Een collega heeft de opleiding ook gedaan en vanuit die ervaring wisten we dat de opleiding van BOB je geeft wat je nodig hebt om je taken te kunnen doen.
Ik ben in juni aan deze functie begonnen en de opleiding begon in september. Je hebt dan even een periode waarin je kunt voelen aan het vakgebied. Toen september in zicht kwam merkte ik dat ik tegen wat dingen aanliep en ik extra informatie nodig had. De opleiding ABW 1 kwam voor mij dan ook op het juiste moment. In het begin was het nog even zoeken, maar de opleiding groeide al snel mee met mijn vragen. Op een gegeven moment krijg je dan dat omslagpunt dat wat je op woensdag leert, je donderdag meteen kunt toepassen.”
“Ik vond effectieve gespreksvaardigheden heel leerzaam”, vertelt Jente. “Je wordt je meer bewust van jezelf, van je doen en laten, dat kan je heel erg helpen. Dan ga je jezelf spiegelen aan hoe een ander jou ziet en ervaart en je kunt jezelf dan even finetunen op dat vlak. Je leert iets vaak niet in één keer af of aan, dat is echt oefenen. Als ik kijk naar mijn eigen leerdoel; sneller to-the-point komen en niet alles drie keer herhalen, dan kan ik dat dagelijks toepassen. Soms vallen dingen ook per ongeluk samen. Tijdens het onderdeel conflicthantering maakte ik bijvoorbeeld net zoiets mee op mijn werk en dan krijg je raakvlakken.”
Bevlogen docenten
“Wat ik ook heel prettig vond is dat de docenten de stof met humor brachten”, gaat Jente enthousiast verder. “Het is natuurlijk gortdroge kost en ik vond het leuk om te zien hoe dat op een gegeven moment ging leven. Je merkt dat de docenten ook energie krijgen van de interactie met cursisten. Op een gegeven moment merkte een docent dat iemand in de groep er niet helemaal bij was. Hij zei: “ik hoef niet te weten wat er aan de hand is, maar als je behoefte hebt aan extra ondersteuning op dit gebied. Dan kun je me altijd bellen of mailen.” Daar zit een bevlogenheid in, dat vind ik heel mooi om te zien. Heel bijzonder hoe de docenten er voor je zijn, voor je klaarstaan. Je bouwt een band op met de docenten, maar ook onderling met de cursisten. We hadden een gemêleerde groep en daardoor heb je ook een soort kruisbestuiving, waardoor je elkaar versterkt in je leerproces.”
In juni hoopt Jente haar diploma te halen. “Als dat is gelukt ga ik weer voluit aan de slag met mijn werk. Het is wel de bedoeling dat ik over een tijdje dan ook ABW 2 ga doen. Als ik iemand zou moeten adviseren, ga eerst een maand of drie aan het werk. Dan heb je een kijkje in de keuken gehad en weet je wat je werk inhoudt. Daarna kun je aan deze opleiding beginnen. Als je dan de ABW 1 haalt heb je ook echt wat in handen. Gewoon voor jezelf aan kennis en kunde, maar ook een waardevol diploma. Er wordt best wat van je verwacht tijdens de opleiding maar dat is helemaal niet erg, je krijgt er tenslotte ook wat voor terug.”